12 april 2007, donderdag
Via een asfaltweg lopen we de kloof in. Wanneer over de rivier de Gorges d’Héric een stenen bruggetje -
Pont du Soupins - aan de rechterhand verschijnt gaan we via dit bruggetje naar de andere kant en beginnen aan de klim.
Steil gaat het omhoog via een aangelegd pad. Tussen rotspartijen door zijn terrassen boven elkaar
aangelegd zodat het nooit echt klauteren wordt. Door het bos klimmen we steeds hoger en hoger.
Het is al na de middag en nog maar weinig gegeten. Vandaar de broodjes uit de rugzak, even pauze.
Grijs is het nog steeds en het lijkt er niet meer op dat het helder zal worden. En ja, daar voel ik
de eerste sputters van vandaag. Rugzakken ingepakt en verder met de klim.
De bomen worden lager en af en toe kun je al terug kijken het dal in waar de rivier l’Orb door
heen stroomt. Een bocht naar rechts gemist en dan wordt het onverwacht toch licht klauteren. Ben ik hier dan mijn kompas
kwijt geraakt? Aan de takken is het touwtje van het kompas blijven haken, denk ik.
Bijna boven op de hoogvlakte is Inge blijven wachten en ben ik een stuk teruggelopen, misschien ben
ik het toch later kwijt geraakt. Tot het punt waar je de diepe kloof Gorges d’Heric in kunt kijken en de wolken tegen
de wanden omhoog klimmen gekeken. Maar, nee niks geen kompas. In ieder geval niet hier of ik moet er al overheen gekeken
hebben. Verder terug uit de zak gevallen of toch blijven hangen in de struiken tijdens dat kleine stukje fout klauteren.
Zonder kompas verder en dat terwijl het op de hoogvlakte steeds verder dicht trekt.
Het sputtert nu flink en we lopen dan ook diep in onze regenjassen gedoken verder omhoog.
De route moet niet al te moeilijk zijn zonder kompas tenslotte is er nog altijd de kaart.
Van Inge begreep ik later dat ze zich heeft ingehouden toen ik bij haar terug was na mijn zoektocht
naar het kompas. Ze vond het niet het moment om een kompas te verliezen met het verslechterende weer.
De hoogvlakte is met bomen begroeid. Het regent inmiddels flink door ook is het harder gaan waaien
dus erg mistig zal het wel niet worden.
In westelijke richting gelopen opzoek naar de table d’orientation.
Ondanks de regen hebben we een redelijk uitzicht in zuidelijke richting over de lagere bergen en
heuvels naar de Middellandse zee. Door de regen raken onze broeken doorweekt - geen regenbroeken meegenomen, het is
tenslotte Frankrijk - we krijgen het koud. Uit de wind achter een groot rotsblok wat gedronken en gegeten?
Door de lagere bebossing dat overgaat in ouder bos lopen we naar Refuge de Font Salesse een schuilhut.
Het vuurde smeulde nog en Inge lukte het om het vuur aan te krijgen. Zo kunnen we ons in ieder
geval opwarmen misschien zelfs de kleren drogen.
Binnen in de hut op de muur hing een kaart met nog meer afdalingen dan ik zo vanaf onze eigen kaart
doorweekte kaart kon herinneren. Een afdaling naar Héric in mijn geheugen geprent en dan moeten we verder, want het
is april en niet lang licht meer, mochten we aan het dwalen komen.
De hut verlaten in westelijke richting.
Een stuk afdalen en een stukkie omhoog. Hier boven moet ergens de route naar beneden lopen die ons
naar beneden naar Heric zal brengen. Maar hoe ik ook naar beneden tuur een fijne route is niet te vinden het gaat bijna
loodrecht naar beneden. Ik wil niet teveel in westelijke richting, want mogen we de route naar beneden niet kunnen vinden
moeten we alsnog terug omhoog en een heel stuk verder lopen naar Douch.
Geen afdaling kunnen vinden. In noordelijke richting naar Douch dan maar. Het brede pad over de
hoogvlakte. En dan zo uit het niets is er een smal paadje wat afdaalt, maar waarheen? Nog even twijfel, maar naar beneden
is dat we moeten.
Al snel kreeg ik de indruk dat we op de goede weg waren, uit de laag hangende bewolking doemden
namelijk elektriciteits- of telefoonmasten. Kan ik mij eigenlijk niet voorstellen in het tijdperk van mobieltjes.
Col de l'Airole dat is waar we uitkomen. Linksaf en op naar Héric.
Héric is vast niet ver. Geen idee hoever Douch van hier af lopen is. Kan mij de kaart niet goed meer voor de
geest halen.
Onze kaart is trouwens al behoorlijk nat en om deze niet natter te laten worden blijft ie in de
zak.
Tja, een verkeerde inschatting dus. Douch lag op ongeveer een vijfde deel van het stuk naar Héric. Verder zou het
naar Douch een stuk vlakker zijn dan naar Héric. Maar de auto staat daar niet.
Dat was nog een flink eind lopen naar Héric.
Door de regen is de bodem, die nog bedekt is met een dikke laag bladeren van de tamme kastanjes,
glibberig geworden.
Steeds denk je nu moeten we toch in Héric zijn of minimaal kunnen zien liggen. Toch blijkt het weer
een volgend terras.
En dan: stenen muurtjes, een afrastering rechts een stroompje dat we overgaan via een brugje we lopen
om rots heen en daar ligt Héric.
Héric raakt langzaam in verval, lees ik in een wandelgids van de Cevennen - Languedoc.
Alle huizen zijn overwoekert en het doet spookachtig aan. Zeker in een setting zoals nu: regen en
laag hangende bewolking. Volgens het gidsje is nog één van de huizen bewoond. Welke dit is is niet duidelijk.
Het zou te zien moeten zijn door een brandende kachel die rook geeft uit de schoorsteen?
In Héric lopen we naar de asfaltweg die ons terug zal brengen naar de auto.
Doordat we nat zijn, het ontspannender lopen en het is hier opener - de wind heeft vrij spel - krijg
ik het nu snel kouder. Stevig door lopen dus.
Over de asfaltweg rijdt zomers een treintje op luchtbanden. Héric is het
keerpunt van het treintje. Bij zomerse temperaturen is het hier vast druk. In de
Gorges kun je dan heerlijk afkoelen na een inspannend treinreisje of...
Doornat kwamen we aan bij de auto: zal ik het kompas nog van boven halen?